In de reeks A Near Miss, is dit alweer de zestiende aflevering. Hier volgt hier deel 4 van dit meerdelige relaas over mijn avontuur op de Atlantische Oceaan en de Golf van Biskaje. De vijftien eerdere blogs in deze rubriek en deel 1, 2 en 3 van deze blog, vind je door de woorden ‘A Near Miss’ in de zoekfunctie te zetten. Hier volgt deel 4 van de zestiende Near Miss. (Kunt u het nog volgen?)
La Coruña, Spanje
In deel 3 van deze blog reeks, beschreef ik dat we na een eerste poging de Golf van Biskaje over te steken, weer naar de haven terugkeerden. De volgdende dag probeerden we het nog eens. Opnieuw vertrokken we met windkracht zes tegen. Ook deze keer wakkerde de wind tot windkracht acht aan. Het was onstuimig, daar aan lagerwal van de Golf van Biskaje.
Overweldigend
Tijdens een slag over stuurboord, keek ik op enig moment op de kaart en zag dat het daar vierduizend meter diep was (het donkerblauwe deel van de foto hiernaast). Vier kilometer diep! Peilloos. De dieptemeter kon zo’n diepte niet weergeven en zweeg. Niet te bevatten, zo overweldigend voelde al dat water onder de kiel.
Ook besefte ik tijdens een bakboord slag in noordnoordwestelijke richting, dat we op dat moment richting Canada zeilden. Er lag niets tussen. Het was groot, groots en veel. Het was, als gezegd, overweldigend en onstuimig en wij waren klein.
Vertrouwenwekkend
Was ik bang? Dat zou je toch verwachten met die gigantische, onophoudelijk aanrollende golven. Nee, ik herinner me niet ook maar een moment bang geweest te zijn. Hoe kwam dat?
De verklaring vind ik in de vertrouwenwekkende wijze waarop de boot zich in die hoge golven gedroeg. Hij bewoog als een leeg blikje drijvend op het water. Ik had het wel eens eerder meegemaakt tegen harde wind in zeilend ten noorden van Terschelling: een golf komt eraan, de boot wordt opgetild, de golf rolt onder de boot door en aan de andere kant ‘glijd’ hij er als het ware weer van af. Beneden in het golfdal, begint het van voren af aan, de aanrollende golf tilt de boot omhoog en rolt weer onder de boot vandaan. Een zich eindeloos herhalend patroon. Niets aan de hand. Het is beslist niet als films je doen geloven: alsof de boot tegen ‘een berg’ omhoog moet zien te varen, als een wielrenner die met extra krachtsinspanning een col bedwingt. Een boot op de golven wordt vanzelf opgetild. Het zijn de brekers waar je voor moet oppassen.
Ik denk dat het overheersende gevoel voor mij tijdens de tocht vooral frustratie was. Hoe zouden we met deze tegenwind en deze hoge golven ooit de Franse kust bereiken?
Dolce far niente
Het zal duidelijk zijn: ook tijdens deze tweede poging maakten we te weinig voortgang en dus draaiden we na verloop van tijd en zeilden juichend opnieuw naar de haven terug. Weer beleefde ik dat gevoel van een heerlijke, snelle terugtocht en de aankomst in de haven met het relaxte, dolce far niente leven aan wal. Ik weet het, we waren in Spanje en dit is Italiaans, ik weet zo snel geen Spaanse uitdrukking voor ‘het zoete niets doen’.
In het volgende deel (5) het vervolg.