Mijn moeder, Ineke Struve, overleed dit voorjaar. Ze werd vijfennegentig jaar oud.
’Niet bepaald in de wieg gesmoord,’ zou ze zelf hebben gezegd.
In enkele blogs, poste ik verhalen over haar leven. Hier volgt deel 4 en slot.
In de vorige blogs bleek dat haar vader op jonge leeftijd overleed, midden in de oorlog. Ze was pas veertien jaar. Dat was een klap.
Nadat ze na de bevrijding met succes het kleinburgelijke Boskoop had weten te ontvluchten, moest ze niet lang daarna terug om haar zieke moeder te verzorgen. Haar moeder overleed niet lang daarna. Ineke was toen tweeëntwintig. Het was een eenzame tijd, alleen en in Boskoop. Het leidde tot een snelle vlucht in het huwelijk. Een nieuwwe poging om Boskoop te ontvluchten. De eenzaamheid bleef loeren, ook al hield het beest zich jarenlang gedeisd. Haar man overleed na een langdurig ziekbed. Ze was (pas) vijftig. De kinderen waren net alledrie het huis uit, dus daar kwam de eenzaamheid weer. Een moeilijke tijd volgde.
Weer alleen
Na enkele jaren lachte het geluk haar toch weer toe: er verscheen een nieuwe liefde ten tonele. Hij was een aardige en voorkomende man. Zoveel aandacht en respect was ze niet gewend. Veertien heerlijke jaren volgde. Totdat hij van het ene op het andere moment dood neerviel. Weer was ze alleen. De kinderen hadden inmiddels zelf gezinnen, alleen in het weekend hadden ze tijd voor haar en dus ook nu sloeg de eenzaamheid weer toe.
Overwonnen
Het lukte andermaal hem te verdrijven door weer iets met een man te beginnen. Hij was tien jaar ouder, erudiet, kon prachtig piano spelen en was net als haar tweede man, voorkomend en respectvol. Maar ook hij stierf. Van ouderdom. En weer was ze alleen. Inmiddels was ze echter geharnast. De eenzaamheid ving bot. Ze had geleerd zichzelf te vermaken. Met schildercursussen, vakantiereisjes met groepen, vriendinnen. Met lezen, praten en bijeenkomsten bijwonen over haar grote passie, de Tweede Wereldoorlog. De eenzaamheid was definitief overwonnen. Misschien hielp de ‘naar binnen’ sluipende dementie ongewild ook. Ze werd zich steeds minder van dit beest, de eenzaamheid, bewust. Hij was overwonnen.
Prima tijd
De laatste periode van haar leven vormden voor haar dan ook een prima tijd. Niet voor de kinderen overigens. We waren ongerust. We organiseerden toenemende zorg om haar heen. Dat ging lange tijd goed, tot ze na haar negentigste nauwelijks nog at en begon te vallen. Bovendien verdwaalde ze in de buurt. We besloten na rijp beraad tegen haar wil en met de hulp van de rechter haar als vierennegentig-jarige naar een verpleeghuis te verplaatsen. Zie een aantal eerdere blogs daarover.
Het bleek een gouden greep. Ze was nu in professionele handen en bovendien stond het verpleeghuis in haar geliefde Den Haag. Ze leek dat goed te beseffen en ook al kwam ze niet meer buiten, ze was blij met de gedachte.
Fataal
Desondanks volgde er weer een val. Dat bleek na korte tijd fataal. Want na de operatie volgden complicaties. Het oude lichaam bleek niet meer tegen medische ingrepen als plaatjes met pinnen en schroeven om de gebroken ledematen te repareren, opgewassen.
Ineke Struve
‘Ik heette Ineke Struve,’ was het laatste dat ze tegen mij zei, alsof ze wist dat het klaar was. ‘Mooie naam, vind je niet?’
Ik knikte. ‘Inderdaad, mam, een hele mooie naam.’
Ze overleed de volgende morgen vroeg, 19 april 2022, op vijfennegentig jarige leeftijd.
Het zal je verbazen maar heel af en toe lees ik je stukjes. Niet allemaal en ook niet vaak. Maar dit is een mooie, over je moeder en mijn schoonmoeder. Een mooie blog, Dank.
Ha Meindert, dank voor je reactie! Erg leuk! Stimulerend. Hartelijk groet!