Onlangs ben ik naar een voetbalwedstrijd geweest. Het gaat om Sparta tegen Veendam. Dat zijn twee Eerste Divisie clubs, dus het stelt eigenlijk niet zoveel voor. Want het is geen Ere Divisie. Sparta is niet alleen de oudste, het is ook de netste onder de betaald voertaal clubs. Dat laat ik me althans vertellen.
Maar goed, ik zit naast Bart en aan de andere kant naast mij zitten van die stevige, stoere, typische Rotterdamse binken. Als de Sparta Mars wordt aangeheven, gaat iedereen staan en begint op de maat mee te klappen. De aanstekelijke mars is aanvankelijk instrumentaal, en schalt door de luidsprekers. Ineens stopt het en volgt er een daverend driemaal ‘hoi’. Hét signaal voor het stadion om voluit met een prachtig lied los te barsten. Ik kijk naar links. De stoere binken staan hun lied te zingen en mee te klappen. Wat is dat prachtig. Wat een kleine hartjes. Ik krijg er tranen van in mijn ogen. De tekst gaat over trouw, glorie, voor- en tegenspoed, de kleuren van de club. Dat soort dingen. Het is fantastisch! Wat een loyaliteit!
Op dat punt word ik niet teleurgesteld: het wordt 2-1 voor Sparta, dus dat betekent twee keer de yell, plus bij de aanvang van de tweede helft.
Verder is de wedstrijd niet om aan te zien. De bijna hoogste van de Eerste Divisie (Sparta) tegen de bijna laagste (Veendam). Het moet een groter verschil opleveren. De fans schelden er tijdens de wedstrijd vrolijk op los, ik hoor allerlei discussies om me heen, de grensrechter loopt vlak voor ons heen en weer en krijgt het zwaar te verduren, maar uiteindelijk sluiten de aanhangers hun team weer in het hart. Direct na het laatste fluitsignaal, klinkt nog eenmaal de yell:
‘Zullen wij laten ho-ho-ren, SP-AR-TA!’ Prachtig!
Hier volgt voor de liefhebber het filmpje van de mars: