Verwacht van mij geen grote vergezichten terugblikkend in de geschiedenis, als het gaat om Bevrijdingsdag. Ik ben van net na de Tweede Wereldoorlog, ben er mee opgegroeid en opgevoed, maar maakte hem niet mee. Ik kan dus alleen maar schetsen hoe ik de bevrijdingsdagen beleefde. Eén ervan is mij bijgebleven.
De eerste Bevrijdingsdag die ik bewust beleefde was die van 1960. Ik was zes, bijna zeven. Eens in de vijf jaar kreeg je vrij van school en ook al was ik pas een eerste klassertje (groep drie), zo’n doordeweekse dag vrij, daar was niets mis mee.
Fanfare-orkest
Het was een mooie, zonnige dag, herinner ik me. De dag maakte vooral indruk omdat we tijdens het mooie weer als kind op zoek gingen naar de fanfare-orkesten die door ons dorp marcheerden en zodra we er een gevonden hadden, liepen, fietsen of stepten we er eindeloos lang achteraan. Ik fietste mee, samen met mijn zusjes en buurtvriendjes.
Vijftien jaar vrijheid
Met mijn vriendjes rekenden we elkaar voor hoe lang het geleden was, twintig jaar geleden was de oorlog begonnen, vijftien jaar gelden afgelopen. Ik vermoed dat we deze getallen van onze ouders en schooljuffen hadden gehoord. Want rekenen lijkt mij nu, konden we nog niet echt. Voor ons was het ook niet meer dan een abstracte berekening. Zo’n beetje hetzelfde als hoe oud Sinterklaas nu eigenlijk precies was: 95, 96 0f 97. Wij konden het daar eindeloos over hebben. De heftigheid van de oorlog met al zijn verschrikkingen, drong pas de jaren erna tot mij door. De oudere generatie vierde het echt, het was voor hun alsof ze ‘gisteren’ bevrijd waren. Ik kon zien dat ze oprecht blij met hun vrijheid waren.
Tegeltje
De oorlog was dus vijftien jaar daarvoor afgelopen, Nederland was bevrijd, overal vrolijk wapperende vlaggen. Alle kinderen in Nederland kregen een tegeltje mee naar huis met daarop de tekst ‘Nederland bevrijd, 1945-1960’. We namen het trots in ontvangst. Zo’n hebbedingetje is voor een kind altijd een schot in de roos.
NB: De beker op de foto is van ‘Tien jaar bevrijding’,
1945-1955 (naar het tegeltje ben ik nog op zoek)
Woorden op eindigende op ‘-heid’
In de klas moesten we rond die tijd van invalster juffrouw Oudshoorn allemaal woorden opschrijven die eindigden op ‘-heid’. Vrolijkheid, zekerheid, schoonheid, enzovoort. Ze liep door de klas en las hier en daar mee. Zo ook bij een van mijn vriendjes, Hildebrand. Over zijn schouder las ze zijn woorden en zei: “die derde van jou, die is mooi!” Dat wilde ik zien en dus ik liep naar hem toe. ‘Vrijheid’ spiekte ik. Natuurlijk vond ze het mooi. Ze kende het juk van de bezetter, de barre tijden, de honger, de onvrijheid, voor haar was de nog zo kort verworven vrijheid alles. Wij kinderen wisten niet beter, wij groeiden in vrijheid op. Gauw nam ik voor de zeker’heid’ dit woord ‘vrijheid’ in mijn lijstje op.